Rede uitgesproken als President Reünisten Delfts Lustrum, 1978
26e Lustrum Delftsch Studenten Corps
Deze reünistendag brengt velen van vroeger bijeen met velen van nu. Een ontmoeting die inderdaad vele blikken kan openen. Misschien maar voor een kort moment.
In deze toespraak wil ik graag als reünist dit moment gebruiken de blik open te houden.
Tijdens het vorige lustrum werd door mijn voorganger gewezen op de grote veranderingen dien in en om het Delftsch Studenten Corps plaatsvinden en hoe vooral de externe rol kan worden verdiept door actieve deelname in de Hoge School-structurering. Maar ook de interne structuur van het Corps stond onder de spanning van de algemene tendens tot verbreding en verdieping van de ‘Gezelligheidsvereniging’, die dan ook enige jaren geleden werd omgedoopt tot algemene studentenvereniging en waar de toetreding van de vrouwelijke studenten een duidelijk en verrijkend symptoom van is. Deze ontwikkeling kan beschouwd worden als een proces van maatschappelijke vernieuwing waaruit blijkt dat het corps zich bewust is van wat er in de maatschappij gaande is. Het is dit aspect van vernieuwing dat ik graag zou willen belichten, geplaatst tegen de achtergrond van zowel de historische ontwikkeling als de toekomst. En wel niet zozeer met betrekking tot de functie van het corps en haar leden in de Hogeschoolgemeenschap, maar meer in relatie tot dat wat er buiten Delft gebeurt in de maatschappij en in de industrie. Gezien de soms zeer verwarrende ontwikkelingen in maatschappelijke vernieuwing, die men democratisering, socialisering of emancipatie zou kunnen noemen en die zowel extremen en golfbewegingen kent, wil ik eerst een blik terugslaan op het verleden van waaruit de situatie van vandaag is ontstaan.
Lees de hele voordracht uit Op zoek in pdf.
Blikopener